De spreidingswet mag dan van tafel zijn, maar provincies blijven verplicht om uiterlijk 1 november een concreet opvangplan aan te leveren. Dit plan moet aangeven hoe zij de benodigde opvangplekken willen realiseren voor de opvang van asielzoekers.
Na 1 november hebben provincies en gemeenten vervolgens zes maanden de tijd om deze plannen in praktijk te brengen en het vereiste aantal opvangplaatsen te realiseren.
Druk op gemeenten
Sinds 1 februari zijn alle gemeenten verplicht uitvoering te geven aan de spreidingswet. Deze wet is in het leven geroepen om asielzoekers evenwichtig over het land te verspreiden en zo overvolle opvangcentra, zoals in Ter Apel, te ontlasten.
Ondanks de afschaffing van de wet, verwachten veel provincies, waaronder Noord- en Zuid-Holland, echter op 1 november nog steeds niet over voldoende opvanglocaties te beschikken om aan de oorspronkelijke eisen te voldoen.
Terughoudendheid
Politiek verslaggever Thomas van Groningen legt uit dat het realiseren van voldoende opvanglocaties wordt belemmerd door bouwvertragingen en een terughoudende houding van veel gemeenten.
“Kritische gemeenten zijn geneigd om achterover te leunen,” zegt Van Groningen in het programma Goedemorgen Nederland op NPO 1. Door de onzekerheid over de toekomst van de wet wachten sommige gemeenten af en ondernemen ze minder actie dan verwacht.
Faber kan lokale overheden dwingen
Asielminister Marjolein Faber ontvangt binnenkort alle opvangplannen van provincies en heeft in theorie de mogelijkheid om lokale overheden te dwingen om de opvangplicht na te leven.
“Daarom noemen rechtse kringen de wet de dwangwet,” stelt Van Groningen, die er echter op wijst dat Faber waarschijnlijk geen dwangmaatregelen zal inzetten, gezien haar wens om van deze wet af te komen.
Doorstroomlocaties essentieel
Een belangrijk onderdeel van de asieldeal omvat de oprichting van doorstroomlocaties. Deze locaties bieden asielzoekers een tijdelijke plaats voordat ze naar andere opvanglocaties of gemeenten doorstromen.
“In het asielakkoord is afgesproken dat er doorstroomlocaties in het land komen,” legt Van Groningen uit. Gemeenten tonen echter weinig enthousiasme om dergelijke locaties te realiseren, waardoor het vraagstuk blijft bestaan en opvangcentra zoals Ter Apel onder druk blijven staan.
Woonminister Keijzer moet knopen doorhakken
Het aanwijzen van geschikte doorstroomlocaties ligt nu bij woonminister Mona Keijzer. “Ik weet niet of ze blij is dat ze deze taak heeft gekregen,” merkt Van Groningen op. Keijzer staat voor de moeilijke opdracht om gemeenten zover te krijgen dat zij hun verantwoordelijkheid nemen en ruimte maken voor doorstroomlocaties.
Gemeenten aarzelen nog steeds, wat op korte termijn weinig zicht biedt op verlichting van de overvolle opvangcentra. met als gevolg dat de rechter een miljoenen dwangsom heeft oplegt aan het COA voor overbezetting Ter Apel.