Asielminister Marjolein Faber heeft haar eerste internationale werkbezoek afgelegd, en de keuze voor Denemarken was geen toeval. Dit land staat al jaren bekend om zijn harde anti-immigratiebeleid, wat vaak wordt gezien als een van de strengste in Europa. Het Nederlandse kabinet, dat vergelijkbare ambities heeft, hoopt inspiratie op te doen uit de Deense aanpak. Maar ondanks het strenge beleid, is er ook veel kritiek op de harde aanpak van Denemarken.
Sandholm
Op slechts een halfuur rijden van Kopenhagen ligt Sandholm, een voormalig militair complex dat nu fungeert als asielopvangcentrum. In tegenstelling tot Nederlandse centra zoals Ter Apel, is het er opvallend rustig. Er zijn nauwelijks vluchtelingen die zich melden, en de meeste mensen die het terrein betreden zijn vertalers en medewerkers.
Dit komt omdat Denemarken aanzienlijk minder asielzoekers ontvangt dan Nederland. Vorig jaar kwamen er slechts 2500 vluchtelingen naar Sandholm, terwijl Nederland 40.000 eerste asielaanvragen verwerkte.
Denemarken heeft een strenge migratiewetgeving die gericht is op tijdelijke verblijfsvergunningen. Deze vergunningen gelden maximaal twee jaar, waarna ze kunnen worden verlengd. Een verandering in de situatie in het thuisland kan echter leiden tot intrekking van de vergunning.
Het doel hiervan is om asielzoekers af te schrikken. Om in aanmerking te komen voor een permanente verblijfsvergunning, moeten vluchtelingen aan strenge eisen voldoen, zoals minimaal 3,5 jaar fulltime werken binnen een periode van acht jaar.
Strenge maatregelen
Het Deense beleid bevat ook maatregelen die gericht zijn op het ontmoedigen van gezinshereniging. Zo mogen familieleden van vluchtelingen pas na twee jaar overkomen. Daarnaast is er de omstreden ‘juwelenwet’, waarbij asielzoekers waardevolle bezittingen boven de 1340 euro moeten afstaan als bijdrage aan de kosten van hun opvang.
Denemarken probeert niet alleen op nationaal niveau streng op te treden, maar heeft ook een wet aangenomen om asielzoekers naar Rwanda te sturen. Hoewel dit plan nog niet is gerealiseerd, benadrukt de wet wel de strenge toon van het Deense beleid. Bovendien heeft het land delen van Syrië tot veilig gebied verklaard, zodat mensen daarheen kunnen worden teruggestuurd, hoewel dit tot op heden niet is gebeurd.
Het Deense model
Vluchtelingenorganisaties zijn kritisch over het Deense beleid. “Het voortdurende gebrek aan zekerheid is onmenselijk,” zegt Eva Singer, directeur Asiel bij de Deense Vluchtelingenraad. Elke twee jaar worden vluchtelingen geconfronteerd met onzekerheid over hun verblijfsstatus.
Dit bemoeilijkt het opbouwen van een leven, zeker gezien de landen van herkomst vaak nog verre van veilig zijn. Volgens Singer stuurt Denemarken een duidelijke boodschap: je bent welkom, maar houd rekening met een vertrek op korte termijn.
Opvallend is dat het strenge beleid in Denemarken zowel door linkse als rechtse partijen wordt gesteund. De sociaaldemocraten, die overeenkomen met het GroenLinks-PvdA spectrum in Nederland, veranderden van koers na de vluchtelingencrisis van 2015.
Toen kwamen er veel asielzoekers naar Denemarken, wat leidde tot onvrede onder de bevolking. Sindsdien is het beleid gericht op tijdelijke opvang, wat heeft geleid tot minder politieke discussie over asielopvang in Denemarken.
Denemarken verschuift het probleem
Hoewel het beleid in Denemarken op veel steun kan rekenen, zijn er ook zorgen over de effecten op de rest van Europa. Singer van de Deense Vluchtelingenraad stelt dat het Deense beleid het probleem verplaatst naar andere Europese landen zoals Duitsland, België en Nederland.
“Als alle landen dit beleid zouden volgen, zouden vluchtelingen nergens terechtkunnen,” zegt Singer. Ze benadrukt dat de strikte Deense regels alleen mogelijk zijn omdat andere landen solidair blijven.
Minister Faber bezocht tijdens haar reis ook een Deens uitzetcentrum, waar uitgeprocedeerde asielzoekers worden geplaatst. In Denemarken zijn er twee van deze centra, waarvan één een open structuur heeft, terwijl het andere een gevangenis is.
Het uitzetcentrum Ellebaek, waar Faber langsgaat, staat bekend om zijn sobere omstandigheden. De vluchtelingen die hier verblijven, hebben vaak geen toegang tot medische zorg of een advocaat, en mobiele telefoons zijn verboden.
Humanitaire bezwaren
Critici, waaronder Amnesty International, wijzen op de slechte omstandigheden in deze centra. Volgens Eva Singer is het centrum oud en versleten, en het ontbreken van mobiele telefoons zorgt ervoor dat de bewoners volledig zijn afgesloten van de buitenwereld.
Toch erkent ze dat Denemarken ook positieve aspecten in haar asielbeleid heeft, zoals de integratie van vluchtelingen in lokale gemeenschappen na het verkrijgen van een verblijfsvergunning. Ze waarschuwt echter voor het verheerlijken van het Deense model, dat volgens haar vooral een PR-succes is om vluchtelingen af te schrikken.
Migratie-uitzondering
In tegenstelling tot Nederland heeft Denemarken een uitzondering op het Europese migratiebeleid, een zogenaamde opt-out. Dit betekent dat Denemarken zijn eigen asielregels kan opstellen, zolang deze voldoen aan internationale verdragen zoals het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens.
Minister Faber heeft Brussel onlangs laten weten dat Nederland ook een dergelijke opt-out wil, maar dit verzoek werd door de Europese Commissie afgewezen. Het verkrijgen van een opt-out zou namelijk een verdragswijziging vereisen, en daar is op dit moment geen politieke steun voor.
Plaats een reactie