Het KNMI trekt nadrukkelijk aan de bel over de gevolgen van klimaatverandering en schetst scenario’s die eerder ondenkbaar leken. Je ziet hoe het weerinstituut in een extreem rapport negen mogelijke rampsituaties presenteert. Volgens het KNMI kunnen deze vormen van extreem weer Nederland nu al of op korte termijn raken. De boodschap is bedoeld om bewustwording te vergroten. Paniek veroorzaken is nadrukkelijk niet het doel, benadrukt het instituut.

Zware verantwoordelijkheid voor het weerinstituut
KNMI-directeur Maarten van Aalst spreekt openlijk over de druk die deze scenario’s met zich meebrengen. Hij beschrijft zijn angst voor het moment waarop hij verantwoordelijkheid draagt voor een ramp met honderden slachtoffers. Dat kan gaan om een overstroming of een extreme hittegolf. Juist het besef dat voorbereiding mogelijk was, maakt die gedachte zwaar. Volgens Van Aalst vraagt deze realiteit om eerlijkheid over risico’s en grenzen.
Bewuste timing van het rapport
De publicatie van het rapport is volgens het KNMI zorgvuldig gekozen. Precies tien jaar geleden werd het Akkoord van Parijs ondertekend door wereldleiders. Daarin spraken landen af de opwarming te beperken tot maximaal 1,5 graad. Volgens Van Aalst wordt dat doel steeds lastiger haalbaar. Dat betekent dat ook extreme scenario’s moeten worden overwogen die nooit eerder zijn ervaren.
Zware stormen dichterbij dan gedacht
Een van de geschetste scenario’s draait om zware stormen en zelfs orkanen. Orkaan Kirk trok vorig jaar onverwacht richting West-Europa en raasde over Frankrijk. Daarbij kwam één persoon om het leven. Onderzoeker Hylke de Vries stelt dat Kirk ook Nederland had kunnen raken. In dat geval waren windstoten tot 187 kilometer per uur mogelijk geweest.
Miljardenschade bij andere uitkomst
De impactberekening van dit scenario is volgens het KNMI fors en verontrustend. De schade aan gebouwen, natuur en bomen had kunnen oplopen tot 2,7 miljard euro. Mentale stress en slachtoffers zijn daarbij niet eens meegerekend. Door steeds warmer zeewater neemt de kans op dergelijke stormen toe. Klimaatverandering versterkt deze ontwikkeling volgens het weerinstituut verder.
Kwetsbaarheid van het energiesysteem
Ook langdurige stroomuitval behoort tot de extreme scenario’s in het rapport. Onderzoeker Bram van Duinen beschrijft een winters hogedrukgebied boven West-Europa. Windturbines leveren dan nauwelijks energie en zonnepanelen bijna niets. Tegelijk stijgt de vraag naar elektriciteit sterk. Niet het weer zelf is extreem, maar de maatschappelijke gevolgen zijn dat wel.

Rekenwerk met netbeheerder Tennet
Van Duinen rekende dit scenario door samen met netbeheerder Tennet. “Op een donderdagavond zou dan aan 38 procent van de totale energievraag niet kunnen worden voldaan.” De kans hierop noemt hij klein. “Eens in de 141 jaar.” Toch benadrukt hij dat het risico reëel blijft en serieus genomen moet worden.
Hittestress als stille dreiging
Het KNMI wijst ook op extreme hitte in stedelijke gebieden zoals Amsterdam. Tijdens de hittegolf van 2018 raakten spoorrails vervormd en metro’s vielen uit. Bruggen functioneerden tijdelijk niet. Volgens het KNMI had het erger kunnen aflopen. Het verkoelende lagedrukgebied had noordelijker kunnen blijven liggen, met ernstiger gevolgen.
Gevolgen van een HittegolfXL
Een HittegolfXL kan leiden tot uitval van stroom, vervoer en hulpdiensten. Vooral die laatste categorie baart het KNMI grote zorgen. Amsterdam moet zich daarom grondig voorbereiden. Zonder aanvullende maatregelen dreigt een oversterfte van “110, tot 215 à 680 mensen per jaar.” Daarmee wordt hitte een stille, maar dodelijke bedreiging.
Nieuwe ziektes door warmer klimaat
Klimaatverandering vergroot volgens onderzoekers ook de kans op nieuwe infectieziekten. Het Westnijlvirus kan zich in Nederland vestigen. Maarten Boonekamp van de TU Delft stelt dat gewone muggen het virus overdragen. Langdurige zomertemperaturen tussen 20 en 26 graden creëren gunstige omstandigheden. Dit scenario kan binnen tien jaar werkelijkheid worden.
Snelle verspreiding niet uitgesloten
Boonekamp schetst daarbij een concreet vooruitzicht voor de komende jaren. “Bij de huidige snelheid van opwarming zijn de temperaturen in 2035 op gemiddeld 40 procent van de zomerdagen gunstig voor de verspreiding van het virus.” Volgens hem is het aannemelijk dat het virus vaker voorkomt. Meer besmettingen in Nederland zijn dan niet uitgesloten.










